Woningverbetering? Denk ook aan preventie
Het restylen van onze woning is al jaren populair. Een nieuwe keuken, een frisse badkamer, nieuwe kleuren op de muur – daar geven we met liefde geld aan uit. Maar investeren in inbraakpreventie? Dat schuiven we meestal liever voor ons uit. En áls we het doen, dan vooral “slim”: alarmsystemen, camera’s en smartlocks. Hightech snufjes die met wifi, smartphone of smartwatch werken. Vooral veel mannen vinden dat prachtig: je deur openen met je telefoon, of nóg leuker, een slot dat automatisch ontgrendelt zodra je komt aanrijden omdat het “weet” dat jij in de buurt bent. Technologie op zijn best.
Het echte slot – dat metalen hart van je voordeur – krijgt meestal pas aandacht als het begint te piepen, zwaar loopt of zelfs weigert. En dat is prima, zolang er een modern, veilig slot in zit. Maar daar wringt het vaak. Veel woningen hebben nog steeds dezelfde sloten als vijftig jaar geleden. Voor die tijd best prima, maar vandaag de dag simpelweg achterhaald.
Alarmsysteem voorkomt inbraak niet?
En dan bestaat er nog een groot misverstand: camera’s en alarmsystemen voorkomen geen inbraak. Ze registreren wat er gebeurt, maken filmpjes, sturen meldingen – maar ze houden niemand tegen. Er zijn genoeg situaties waarin inbrekers rustig hun buit pakken terwijl het alarm afgaat en de camera meedraait. Fijn voor de afhandeling achteraf, maar liever had je helemaal niets hóéven afhandelen.
Oude sloten zijn gewoon niet goed genoeg
Een deur met één enkel slot biedt te weinig weerstand. Met een koevoet heeft een inbreker hem vaak al snel open. Veel deuren hebben aan de binnenkant nog een extra knipje of grendel. Leuk als je thuis bent, maar zodra je de deur achter je dichttrekt, doet het helemaal niets.
Ook verouderd deurbeslag is voor een inbreker nauwelijks een obstakel. Zonder modern veiligheidsbeslag is een cilinder binnen seconden te breken of eruit te trekken. Tel daarbij op dat veel oud hang- en sluitwerk met te kleine, verroeste of half loszittende schroeven is gemonteerd – als die überhaupt aanwezig zijn – en je snapt waarom sommige deuren bijna uitnodigend open te maken zijn.
Ook de particulier moet investeren in veiligheid
Dat betekent dat een groot deel van de woningen de basis van inbraakpreventie simpelweg niet op orde heeft. Niet omdat mensen dat willen, maar omdat ze er nooit bij stilstaan. Een vakantie, nieuwe meubels of een mooie auto voelen meer als “iets leuks” dan investeren in de voordeur. Menselijk? Zeker. Verstandig? Dat valt te betwijfelen.
Ik vergelijk het wel eens met een leenauto. Stel dat je een week een vervangende auto meekrijgt en het blijkt een model uit 1975 te zijn – zonder ABS, zonder ESP, zonder airbags, zonder alle drielettertechniek die moderne auto’s veilig maakt. Zou je instappen en wegrijden? Of denk je: “Doe mij toch maar iets moderners”?
Gek genoeg accepteren we in ons huis vaak wél datzelfde veiligheidsniveau uit 1975. Terwijl dat de plek is waar we leven en slapen.
Professionals hebben het al lang begrepen
Woningcorporaties vervangen bij groot onderhoud steeds vaker al het hang- en sluitwerk door moderne, veilige varianten. Meerpuntssloten zijn daar inmiddels standaard. Ook bij nieuwbouw is men al sinds het begin van deze eeuw overtuigd van het nut ervan. Alleen de particuliere woningbezitter blijft achter. Die zet vaak nog een extra slotje of knip op de deur, waardoor je vooral meer handelingen hebt om af te sluiten – maar niet noodzakelijk meer veiligheid.
Waarom een driepuntsslot zoveel verschil maakt
Een driepuntsslot vergrendelt de deur op drie punten in plaats van één. Met één simpele handeling – sleutel draaien of kruk omhoog – zit de deur stevig dicht en wordt het voor inbrekers een onaantrekkelijke klus. Voorwaarde is wel dat er goed veiligheidsbeslag met kerntrekbeveiliging op zit; een sterke cilinder zonder die beveiliging is namelijk alsnog kwetsbaar.
Het mooie is dat bijna elke houten voor-, achter- of garagedeur ermee uitgerust kan worden. Vaak binnen een paar uur en zonder zichtbare restschade. Voor wie het nóg makkelijker wil, bestaat er een automatische versie: de deur valt dicht en vergrendelt zichzelf direct op drie punten, terwijl je hem van binnenuit gewoon met de kruk kunt openen.
Een investering in rust en veiligheid
Zelf zou ik niet in een huis willen wonen dat niet goed beveiligd is. Het idee dat één stevige trap voldoende is om de voordeur te openen, geeft geen prettig gevoel. Een driepuntsslot plaatsen is vakmanschap, maar vooral een investering in rust. Een relatief kleine ingreep met een enorme impact. Want uiteindelijk hoeft een inbreker maar één ding te zien: een deur die hem te veel moeite kost.
En dan loopt hij vanzelf door.
Een investering in rust en veiligheid
Zelf zou ik niet in een huis willen wonen dat niet goed beveiligd is. Het idee dat één stevige trap voldoende is om de voordeur te openen, geeft geen prettig gevoel. Een driepuntsslot plaatsen is vakmanschap, maar vooral een investering in rust. Een relatief kleine ingreep met een enorme impact. Want uiteindelijk hoeft een inbreker maar één ding te zien: een deur die hem te veel moeite kost.
En dan loopt hij vanzelf door.